Nog niet zo lang geleden was content gewoon een synoniem voor tevreden. In mijn contreien toch. En als je het uitspreekt, leg je de klemtoon op de tweede lettergreep: contént. Ik ben contént met mijn nieuwe rok.
Nu is het al content en contentwriting wat de klok slaat. Met de klemtoon vooraan: cóntent. Cóntent dit, cóntent dat. Maar wat is contentwriting nu precies?
Contentwriting: show, don’t tell
In marketingmiddens gooit men graag met jargon. Of dat nu is om mensen zand in de ogen te strooien of iets anders, dat laat ik in het midden. Volgens ene Robert Rose, Chief Strategy Officer van het Content Marketing Institute, is traditionele marketing ‘telling the world you’re a rock star’ en contentmarketing ‘showing the world that you are one’. Helder.
Eerst informeren, dan binnenrijven
Als je dat vertaalt naar mijn wereld – die van de schrijverij – deel je met contentwriting kennis waarvan je lezers en potentiële klanten watertanden. Je doet dat via blogs, whitepapers, tips, noem maar op.
Met copywriting daarentegen, probeer je de vis aan de haak te slaan. Je verleidt je prospect met mooie en overtuigende woorden zodat hij bij jou koopt. Verkopen met het toetsenbord dus. Via advertenties, directmail, commerciële folders, websiteteksten, …
Copy- versus contentwriting
Het mooie nieuws is dat copy- en contentwriting elkaar aanvullen en versterken. Met content serveer je je (toekomstige) klant informatie die past bij zijn interesses. Je schept vertrouwen en maakt hem warm. Met copy zet je hem aan tot actie en trap je de bal binnen. Resultaat: jij contént.
Copy of cóntent nodig? Eén adres: het mijne!